15 tips om vlot door modder te rijden met je 4×4
Als je regelmatig off-road rijdt, kom je ook wel eens modder tegen. Op filmpjes zien we mensen vaak met volle geweld in de modder rijden, maar dat is geen goed idee. Deze tips helpen je om met je 4×4 door de modder te rijden zonder vast te geraken. Of toch om minder snel vast te geraken. 😉
-
- Kies de juiste band: hoe meer grip, hoe beter
Oké, dit klinkt nogal voor de hand liggend, maar het is echt essentieel. Ga zeker niet met gewone banden op pad. All season banden zijn geen off-road banden.
Ga dus minstens voor all terrain banden, ook wel AT-banden genoemd. Kies voor een AT-band met een sterke zijwand en liefst ook groeven op de zijkant.
Modderbanden zijn natuurlijk nog beter. Toch als je de kans op vastzitten in de modder wil minimaliseren. Het verschil met een AT-band is gigantisch. En tegenwoordig doen modderbanden zoals een Cooper STT Pro het ook behoorlijk goed op gewone wegen. - Verbreed je basis
Met een band die te hard opgepompt is, sta je in de modder al snel stil.
Zelf rijden we onze roadbooks met een bandendruk tussen 1.5 en 1.7 bar. Bij diepe modder gaat dat naar 1 tot 1.2 bar.
Een wereld van verschil omdat je zo meer raakvlak creëert met het terrein en je dus ook meer grip krijgt. - Geen vol gas – Begin rustig
Op filmpjes die we krijgen toegestuurd, zien we vaak mensen veel te snel een modderstrook inrijden. Dat is niet de beste strategie. De modder gaat je snelheid fel reduceren, waardoor je moet terugschakelen en nog extra snelheid verliest. De kans dat je zo bijna of helemaal tot stilstand komt, is erg groot.
Als je met een automaat rijdt, weet die vaak ook niet wat gedaan en kom je in de miserie.
Bovendien verminder je door die hoge snelheid en het snelheidsverschil ook de kans dat je goed controle houdt over waar je precies wil rijden. Niet zo handig als er een grote boom of gracht in de buurt is. - Momentum als strategie
Je beginsnelheid is erg belangrijk. Zoals net gezegd: rijd niet te snel de modder in. Je moet net die snelheid hebben die ervoor zorgt dat je niet veel snelheid verliest eens je in de modder rijdt. En dat je nog voldoende kracht hebt om te versnellen of wat gas bij te geven om je snelheid vast te houden.
Houd je momentum vast. Vertragen vergroot de kans op vastlopen. Kies je route zorgvuldig en behoud een gelijkmatige snelheid. Of versnel een klein beetje terwijl je door de modder aan het rijden bent. - Geen bruuske verschillen in snelheid
Vermijd plotselinge versnellingen of vertragingen. Dus niet plots hevig remmen, want de kans dat je dan stilstaat en niet meer weggeraakt is erg groot.
Maar ook niet wild versnellen. Want dan gaan je bandjes doorslippen of zich ingraven, en is het ook uit met de pret. - Ga op verkenning
Er zijn veel soorten modder en ondergrond. En die ondergrond speelt een heel grote rol. Als je die ondergrond niet kan inschatten op basis van de weg waarop je zit, ga dan even te voet op verkenning.
Neem een tak en voel of de ondergrond hard of zacht is. Hoe diep is de plas? Hoe diep is de modderlaag? En wat is de consistentie en zuigkracht van de modder?
Probeer ook te zien of er een groot hoogteverschil is tussen de sporen (waar je banden komen) en het middendeel. Want soms zijn de sporen zo uitgesleten door tractoren, dat je differentieel en andere zaken onder je auto vast komen zitten op dat middendeel.
Op onze Facebook en Instagram tonen enkele foto’s hoe een kleine plas toch een groot obstakel kan zijn. - Beter een versnelling te laag dan te hoog
Als je met een te hoge versnelling (en dus te lage toeren) de modder induikt, dan zorgt het minste verlies aan snelheid al dat je motor naar adem moet happen en je mogelijk tot stilstand komt. Denk eraan dat terugschakelen je een stuk momentum kost en de kans vergroot dat de zuigkracht van de modder de overhand neemt.
Daarom is het beter met een lagere versnelling de modder in te rijden met al een behoorlijk toerental. Je verliest waarschijnlijk wat snelheid door de ondergrond maar dan heb je ook ruimte om wat gas bij te geven. - Vertrouw niet op je automaat
De meeste automaten hebben de neiging te snel te schakelen. Waardoor ze in de modder eigenlijk een versnelling (of 2) te hoog zitten. Daardoor verlies je snel toeren en trekkracht.
Het is dus beter om voor een lange modderstrook even zelf het heft in handen te nemen en de versnelling te kiezen. Bij sommige automaten kan je volledig handgeschakeld werken.
Bij andere bepaal je de hoogste versnelling waarin de automaat zich mag zetten. Bij modderstroken kies ik dan voor maximaal de 2de versnelling in high range en 3de of 4de in low gear. - Kies op tijd voor low range
Eens je in de modder stilstaat, kan je alleen maar hopen dat low range je nog kan redden.
Een betere keuze is om voor de modderstrook je wagen al in low gear te zetten. Dat is geen show. Low gear biedt meer koppel. En dat is erg handig om door de modder te kruipen zonder vast te komen zitten. Let ook hier op voor te bruuske verschillen in snelheid. - Zet je sperdifferentieel aan (als je er 1 hebt)
Een fantastisch hulpmiddel is het sperdifferentieel. Als je dat hebt, zet het gewoon aan voor elke lange modderstrook.
Je bent dan zeker dat er gelijke kracht op je wielen komt. Want standaard is elke auto, en dus ook je 4×4, zo gemaakt dat de meeste (zoniet alle) kracht gaat naar het wiel met de minste weerstand. Dat is niet handig als er 1 wiel doorslipt in de modder terwijl het andere eigenlijk nog wel een deftige ondergrond heeft. Want je auto stuurt dan de kracht naar het doorslippende wiel.
Door je sperdifferentieel of diff lock aan te zetten, wordt de kracht gelijk verdeeld en heb je veel meer kans om succesvol door de modder te komen. - In of naast de voren?
Wat doe je op een weg met diep uitgesleten sporen die vol modder en water staan?
Als het even kan, kies ik dan om net naast die voren te rijden. Maar wel op de weg natuurlijk. Ik rijd met mijn wielen net naast de sporen, zodat 1 voor onder mijn auto zit. Meestal is daar wel plaats voor en kan je dat perfect doen zonder de weg verder te beschadigen.
Een tussenoplossing kan zijn om met 1 kant in de voren te rijden, en met de andere kan ernaast. Diff lock op en hupsakee.
Als je kiest om in de voren te rijden, ga dan even op verkenning. Zodat je weet wat je te wachten staat. Zie onze eerdere tip.
Wat je ook doet: rijd nooit naast de weg of in het veld. Als je een hindernis niet kan of wil nemen, rijd dan terug. Maar niet naast de eigenlijke weg! - Blijf in het spoor
Als je door een lange modderige zone moet, en je ziet bandensporen, rijd dan in die bandensporen. Toch zeker als je ziet dat die sporen tot het einde doorlopen. (Als dat niet het geval is en er onderweg alleen een dak boven de modder uitsteekt, kies je best een andere route. 😂)
Waarom je zo’n spoor best volgt? De modder is daar al wat samengedrukt, en je hebt dus een iets stevigere ondergrond. - Bandjes mooi recht – niet sturen
Wanneer je door modder rijdt en er is een spoor, houd dan je wielen recht naar voor gericht. Niet te veel sturen: gewoon je auto het spoor laten volgen.
Vaak zie ik dat mensen toch fel aan hun stuur draaien waardoor de banden niet mooi in lijn zijn met het spoor. Daardoor ontstaat er extra wrijving en dat is niet goed. Want zo verlies je tractie en moeten je banden extra moeite doen.
Eventueel kan je wel een beetje ‘wiggelen’ aan je stuur. Maar dus geen felle bewegingen. - Zachte sturing: precisie boven paniek
Felle stuurbewegingen zijn voor amateurs. Met zachte, doelbewuste stuurmanoeuvres behoud je veel beter de controle.
Als je te veel aan je stuur draait, verlies je ook tractie. - Eindconclusie: navigeer wijselijk
Modderig terrein beheersen draait om vaardigheid, niet om paardenkracht.
- Kies de juiste band: hoe meer grip, hoe beter
Heb je zelf nog tips? Mail ze naar info@4x4roadbooks.com.